Schrijfretraite.nl heeft dit jaar een schrijfwedstrijd georganiseerd met als hoofdprijs een midweek Terschelling met individuele schrijfcoaching. Het thema: eiland. De hoofdprijs is de reden waarom ik heb deelgenomen. Terschelling is een favoriet eiland van mij. Ik heb helaas niet gewonnen en ook de longlist van 20 deelnemers (uit 246 inzendingen) niet bereikt. Ik heb wel gehoord dat ik bij de latere afvallers voor de longlist behoorde. Quote: "vooral je eindzin is prachtig." Dat heeft me goed gedaan. Mijn inzending:
Mijn eiland?
Mijn naam is Roos. Ze zeggen dat ik op een eiland leef. Ze willen dat ik dat bevestig, maar ik weet niet wat ze bedoelen. Ik zit hier gewoon in mijn kale ruimte met als enig opvallend ding een gekleurde lap stof. Zo'n mooi, lang stuk stof met prachtige, felle kleuren in strepen. De stof is vastgezet aan beide muren. Zo kan ik er in gaan liggen. Dan voel ik me prettig en veilig. Meestal dan.
Ik beweeg zachtjes van links naar rechts en sluit mijn ogen. Ik zie mijn prachtige kleurenboog opdoemen. Een kleurenboog die bestaat uit paden van een soort keien. Nooit helemaal glad, maar ook nooit zo grillig dat het vervelend voelt als ik er met blote voeten over loop. Ik kies vaak voor het blauwe pad. Via blauw kom ik altijd bij de zee, waar ik eindeloos kan staren in het niets. Mijn voeten in het water en nergens over denken. Heerlijk vind ik dat. Soms neem ik het groene pad. Alleen als ik andere geluiden wil horen dan golven en wind. Groen gaat naar een plek met gras en struiken. Er staan ook een soort struiken op een soort paal. Ik weet de naam niet, maar weet wel dat ik die naam ooit geweten heb. Dat is zo raar. Ik probeer niet te denken aan die naam, omdat ik hoop dat ik het dan weer weet. Maar hoe meer ik niet nadenk, hoe meer ik juist denk. Misschien ga ik daarom niet zo vaak via het groene pad.
Laatst heb ik het rode pad genomen. Ik voelde me stoer en sterk en wilde iets nieuws ontdekken. Ik ga echt nooit meer! Rood leidt naar chaos, naar drukte, naar andere mensen die praten, schreeuwen, mij aanstaren. Ik ben gaan rennen, heel hard gaan rennen. Maar ik was de weg kwijt. Ik rende alle kanten op zonder uit te komen bij een pad. De mensen stonden in de weg. Ze verborgen het pad voor mij. Ze trokken aan me, riepen mijn naam. “Roos, Roos, kom terug.” Ik was zo bang dat ik mijn ogen open deed en de kale ruimte weer zag. Meteen waren alle rode mensen weg.
“Je bent weer naar je eiland gegaan” zeiden ze. Als zij het zeggen, is het misschien wel waar.
Wil je de winnende verhalen ook lezen? Kijk dan op Schrijfretraite.nl voor de pdfjes met de verhalen en met het juryrapport. (zolang het op hun site staat)
Nee hoor, ik hoef geen andere verhalen te lezen!!!
Ik vind het jouwe toch de mooiste!